1. Petrus – Gekruisigd te Rome tijdens de regering van keizer Nero. Op zijn verzoek werd hij gerkuisigd met het hoofd naar beneden.
2. Filippus – Te Hierapolis in Frygie gemarteld, gegeseld en in de gevangenis geworpen en daarna gekruisigd in het jaar 54.
3. Thomas – In India gemarteld nadat hij de woede van de heidense priesters had opgewekt. Hij werd met een speer doorstoken in Madras.
4. Lukas – Hij werd door de afgodenpriesters van Griekenland aan een olijfboom opgehangen.
5. Matteus – De meesten van de oude schrijvers zeggen dat hij in Ethiopie met een hellebaard werd vermoord in de stad Naalaba in 60 A.D.
6. Marcus – Hij werkte in Egypte en werd in stukken gescheurd door het volk van Alexandrie op het grote feest van hun afgod Serapis.
7. Andreas – Hij werd gekruisigd te Edessa in Turkije.
8. Bartholomeus – Hij stierf als martelaar in Armenie. Nadat hij levend was gevild werd hij met het hoofd naar beneden gekruisigd.
9. Jakobus – Gedood door Herodes Agrippa. Dit was 10 jaar na de steniging van Stefanus. Clemens van Alexandrie schrijft dat Herodes een felle vervolging van de christenen begon, in de hoop het christendom uit te roeien. Jacobus werd naar de plaats van executie geleid en zijn beschuldiger kreeg toen berouw door de buitengewone moed van de Apostel. Hij viel neer voor de voeten van Jacobus, beleed dat hij ook een christen wilde zijn en nam het besluit, met Jacobus de martelaarsdood te sterven. Beiden werden gelijktijdig onthoofd.
10. Johannes- Hij ontsliep in Efeze nadat hij als banneling enige jaren op het eiland Patmos had doorgebracht.
11. Judas – Hij pleegde zelfmoord.
12. Nathanael- Over zijn dood is niets bekend.
13. Barnabas – van hem wordt gezegd dat hij als een martelaar stierf, maar dit is niet zeker.
14. Paulus – Werd onder Nero onthoofd.
15. Matthias – Werd gekozen in plaats van Judas. Hij werd in Jeruzalem gestenigd en onthoofd.