Zijn gerechtigheid wordt ons toegerekend

 

 

 

 

 

 

 

 

 

We hebben geen gerechtigheid van onszelf, waardoor we aan de eisen van Gods wet kunnen beantwoorden. Maar Christus heeft voor een uitweg gezorgd. Hij ondervond op aarde dezelfde moeilijkheden en verzoekingen die wij ook hebben. Maar Zijn leven was zonder zonde. Hij stierf voor ons, en nu biedt Hij ons aan, onze zonden op Zich te nemen en ons Zijn gerechtigheid te geven.

Als u uzelf aan Hem geeft en Hem aanvaardt als uw Zaligmaker, wordt u, hoe zondig uw leven ook geweest mag zijn, omwille van Hem, als gerechtvaardigd aangemerkt. Het karakter van Christus neemt de plaats van uw karakter in en u wordt door God aanvaard, alsof u nooit had gezondigd.

Meer nog: Christus verandert het hart. Door het geloof woont Hij in uw hart. Door het geloof en door een voortdurende onderwerping van uw wil aan Hem, moet u deze verbinding in stand houden. Zo lang u dit doet, zal Hij in u het willen en het werken volbrengen naar zijn welbehagen. Als Christus in u werkt, zult u dezelfde geest openbaren en dezelfde werken doen – werken van gerechtigheid en gehoorzaamheid.

We hebben dus vanuit onszelf geen enkele reden om te roemen. We hebben geen aanleiding onszelf te verheffen. Onze enige reden tot hoop is de gerechtigheid, die Christus ons heeft toegerekend en datgene, dat door Zijn Geest in en door ons gedaan wordt.

Schreden naar Christus, p.73,74